Welkom op de eerste les van het TWEEDE DEEL van deze 30-daagse schrijfcursus geïnspireerd door het boek “De jongen, de mol, de vos en het paard’.
Neem rustig de tijd om stap voor stap de oefeningen te doen. Probeer de volgorde in het les aan te houden, omdat een aantal oefeningen een korte reeks vormen, die soms over één of meerdere dagen uitstrekt. En tot slot: geniet met volle teugen van het boek, de prachtige tekeningen, alle oefeningen, de uitwisseling met andere deelnemers en de creatieve wijsheid die zo uit jouw pen vloeit.
Oefening 1
In het boek zijn de pagina’s niet genummerd. Ik heb daarom alle pagina’s zelf genummerd, zodat ik in de oefeningen ernaar kan verwijzen. Ik ben begonnen met nummeren op de pagina waarop je links bovenaan het woord HALLO groot geschreven ziet staan. Als je het nog niet gedaan hebt, raad ik je aan om dit eerst te doen.
Oefening 2
Pagina 59 is een lege pagina en geeft je alle ruimte om het begin van het tweede deel van deze cursus vorm te geven. Misschien wil je een tekening maken, of in grote letters DEEL 2 schrijven, een collage maken met de tekst: DEEL 2.
Als je dit gedaan hebt, kun je me een foto sturen, dan plaats ik die in het cursusmateriaal ter inspiratie voor medecursisten.
Oefening 3
Schrijf een aanvulling van 5 regels op een van deze twee open zinnen:
Na het eerste deel van de cursus, hoop ik nu vooral…
Ik hoop dat ik tijdens deze cursus…
Lees de tekst hardop aan jezelf voor.
Oefening 4
Is er een kwaliteit of trefwoord die bij je opkomt, wanneer je opmerkt waar jouw hoop en verlangen voor deze cursus naar uitgaat?
Schrijf a.d.h.v dit trefwoord een elfje [109]. De vermelding van het getal tussen [rechthoekige haakjes] verwijst naar de pagina met uitleg en beschrijving in het handboek “Dagboek als spiegel”.
Lees het elfje hardop aan jezelf voor.
Oefening 5
Lees en bekijk pagina 60 (het is dezelfde afbeelding als hierboven). Je kunt het ook uitprinten – zie de bijlage onderaan dit bericht.
Wat betekent ‘moed’?
Schrijf spontaan een definitie van de kwaliteit “moed”
Welk synoniem spreekt het meeste tot jouw verbeelding?
“courage, dapperheid, durf, flinkheid, guts, kloekmoedigheid, koenheid, lef, onversaagdheid, onverschrokkenheid, sterkte, vermetelheid.”
Waarom kies je dit woord?
Beschrijf jouw antwoord in maximaal 2 regels tekst.
Oefening 6
Schrijf het woord HELP met grote letters onder elkaar aan de linker kant op de pagina in jouw dagboek, zodat iedere letter 3 regels hoog is.
Schrijf nu achter iedere letter deze 3 regels tekst over jouw gedachten en gevoelens die het woord HELP bij jou oproept. Het eerste woord begint steeds met een grote letter uit het woord HELP.
Het kunnen vier losse fragmenten zijn, maar je kan er ook een tekst van 12 regels over schrijven. Alles kan, zo lang jij elke 3 regels begint met de volgende grote letter uit het woord HELP.
Lees tot slot deze tekst aan jezelf voor
Oefening 7
Wanneer heb jij HELP gezegd, geroepen, gefluisterd, gesmeekt…?
Zet de timer op 5 minuten en schrijf een sprint [51] – snel en gedetailleerd – over dat moment.
Lees hierna jouw tekst hardop aan jezelf voor.
Onderstreep een regel of paar woorden die je raken tijdens het voorlezen.
Noteer die woorden onder jouw tekst en schrijf door tot je 5 regels aan jouw tekst hebt toegevoegd.
Lees tot slot beide fragmenten achterelkaar voor.
Hoe voel jij je nu je dit leest? Geef antwoord in twee woorden en noteer die onder jouw tekst.
Oefening 8
Lees nog een keer de tekst op pagina 60.
Beschrijf in maximaal 3 regels tekst hoe de jongen reageert op dit antwoord.
Beschrijf in maximaal 3 regels tekst hoe de mol reageert op dit antwoord.
Beschrijf in maximaal 3 regels tekst hoe de vos reageert op dit antwoord.
Lees tot slot alle reacties achterelkaar aan jezelf voor.
Welkom op de eerste les van het TWEEDE DEEL van deze 30-daagse schrijfcursus geïnspireerd door het boek “De jongen, de mol, de vos en het paard’.
Neem rustig de tijd om stap voor stap de oefeningen te doen. Probeer de volgorde in het les aan te houden, omdat een aantal oefeningen een korte reeks vormen, die soms over één of meerdere dagen uitstrekt. En tot slot: geniet met volle teugen van het boek, de prachtige tekeningen, alle oefeningen, de uitwisseling met andere deelnemers en de creatieve wijsheid die zo uit jouw pen vloeit.
Oefening 1
In het boek zijn de pagina’s niet genummerd. Ik heb daarom alle pagina’s zelf genummerd, zodat ik in de oefeningen ernaar kan verwijzen. Ik ben begonnen met nummeren op de pagina waarop je links bovenaan het woord HALLO groot geschreven ziet staan. Als je het nog niet gedaan hebt, raad ik je aan om dit eerst te doen.
Oefening 2
Pagina 59 is een lege pagina en geeft je alle ruimte om het begin van het tweede deel van deze cursus vorm te geven. Misschien wil je een tekening maken, of in grote letters DEEL 2 schrijven, een collage maken met de tekst: DEEL 2.
Als je dit gedaan hebt, kun je me een foto sturen, dan plaats ik die in het cursusmateriaal ter inspiratie voor medecursisten.
Oefening 3
Schrijf een aanvulling van 5 regels op een van deze twee open zinnen:
Oefening 4
Is er een kwaliteit of trefwoord die bij je opkomt, wanneer je opmerkt waar jouw hoop en verlangen voor deze cursus naar uitgaat?
Oefening 5
“courage, dapperheid, durf, flinkheid, guts, kloekmoedigheid, koenheid, lef, onversaagdheid, onverschrokkenheid, sterkte, vermetelheid.”
Oefening 6
Oefening 7
Oefening 8
Bijlages1
-
Voeg notitie toe